Eindopdracht (periode 3) 

​

​

Fase 1: het handelen: wat wilde ik bereiken, waar wilde ik op letten of wat wilde ik uitproberen? 
Fase 2: terugblikken op het handelen: wat gebeurde er concreet met mij, anderen? Wat wilde ik, wat deed ik, wat dacht ik en wat voelde ik? 
Fase 3: bewust worden van essentiële aspecten: wat zijn de antwoorden vanuit fase 1 en 2? Wat betekent dit nu voor mij en wat is een probleem of de positieve ontdekking? 
Fase 4: Alternatieven en keuzes: wat kan ik anders doen? Wat neem ik me voor? 
Fase 5: Uitproberen: wat ga ik nu concreet anders doen en hoe? 

Wix:  
 
Fase 1: Wat ik wou bereiken, was dat ik een nette mooie website wou maken. Van mij moest de wix gewoon van alles moeten voldoen.  
Ik lette op of de website wel netjes eruitzag, of hij wel gewoon werkte en of alle opdrachten er wel in staan.  

Fase 2: Wat er met mij gebeurde was dat ik leerde hoe ik met een wix website om moet gaan en bouwde daarmee ook meer kennis op.  
Ik wilde een goed werkende en nette mooie website. Ik deed gewoon wat ik als opdracht moest doen op de website en voldoe aan de minimale eisen. Wat ik dacht was dat ik het toch wel lastig vind om alles op te zetten, want het was ook de eerste keer dat ik zoiets doe. Ik voelde wel een beetje irritatie, want soms deed de wix te langzaam of wist ik niet hoe het moest.  

Fase 3: Wat de antwoorden uit Fase 1 en 2 voor mij betekent is dat ze allebei laten zien dat ik een goede nette wix wil maken, maar het niet zo makkelijk is dan het leek.   
Het is eigenlijk dubbel of het nou een positieve of probleem ontdekking is, want aan de ene kant heb ik wel kennis opgedaan over de wix, maar ook was het niet makkelijk geweest want de wix werkte niet altijd mee en het was iets heel nieuws dus dat was ook een obstakel voor mij.  
 

Fase 4: Wat ik anders ga doen, is dat als ik wat moeilijk vind dat ik toch om hulp vraag bij de docent.  
 
Fase 5: Wat ik concreet anders ga doen, is dat ik toch vaker om hulp moet gaan vragen en niet alles zelf proberen op te lossen voordat het dan te laat is.  
 

Filmbezoek:  

Fase 1: Wat ik wilde bereiken, is aan de eisen van de opdrachten voldoen en een goed cijfer halen. Bij de opdracht zelf lette ik goed op de film kijken en zo goed mogelijk kijken wat ik ervan zou zeggen in mijn recensie.  
 
Fase 2: Wat ik wilde is dat ik dan naar de film ga, en dat ik dan goed naar de film ga kijken om zo het te kunnen verwerken in mijn recensie en dat heb ik ook gedaan, maar natuurlijk wou ik zelf ook van de film genieten in plaats alleen maar te focussen op de opdracht.  
Ik vond het eigenlijk een best saaie film, want ik had kijk nooit een film in een theater maar in de bioscoop. Dus ik koos maar een film uit waarvan ik eigenlijk helemaal niks van af wist.  
 
Fase 3: De antwoorden van fase 1 en 2 zijn dat ik me vooral focuste op een goed cijfer, terwijl ik eigenlijk meer voor een film moest kiezen die ik wel leuk zou vinden. 
Het was een probleem en positieve ontdekking, want aan de ene kant vond ik de film niet leuk en was het best saai, maar aan de andere kant ging ik met vrienden naar de film wat het toch wel wat gezelliger maakt.  

Fase 4: Wat ik anders ga doen is dat ik een film ga kiezen die ik zelf leuk ga vinden, en vooral plezier in de opdracht probeer te zoeken.  

Fase 5: Ik ga nu kiezen wat ik zelf echt leuk vind, in plaats van dat ik alleen maar een goed cijfer wil halen.  

Film:  
 
Fase 1: Wat ik wilde bereiken was een zo professioneel maar ook leuke film te maken.  
Ik lette vooral op de verschillende hoeken die worden gefilmd, of de film wel goed in elkaar zit, en of het een leuke film is om naar te kijken.  
 
Fase 2: Wat er met mij gebeurde was vooral dat ik meer leerde hoe ik een film moest maken, en hoe moeilijk het wel soms kan zijn maar ook hoe leuk en hoe creatief ik erin kan zijn. Ik wilde zelf een leuke film maken en een goed cijfer halen voor mij en m’n groepje.  
Ik vond het erg leuk en gezellig om met mijn groepje te werken, we hebben heel erg veel van onze creativiteit kunnen laten zien en we vonden dat echt leuk om te doen.  
 
Fase 3: Het was voor mij vooral een positieve ontdekking, want ik vind het echt leuk als ik m’n creativiteit ergens volledig in kan stoppen  

Fase 4: Het enige wat ik anders kon doen was het van tevoren gaan maken, want we hadden onszelf wel erg gehaast. 
 

Fase 5: Wat ik anders ga doen is het van tevoren maken zodat ik mezelf niet hoef te haasten.  

Muziek:  

Fase 1: Wat ik wilde bereiken, was meer kennis opdoen van het muziekgenre die ik had gekozen. Ik lette vooral of de informatie die ik leerde wel klopte en dat ik het goed formuleerde.  
 
Fase 2: Dus wat ik wou is gewoon het leren van het muziekgenre, om dat te kunnen behalen heb ik allerlei bronnen gelezen en filmpjes gekeken om zo genoeg kennis te hebben voor de opdracht. Eigenlijk voelde ik weinig voor de info of muziek, want het is niet het muziekgenre wat ik zelf zou gaan luisteren maar het was wel interessant.  
 
Fase 3: De antwoorden van fase 1 en 2 gaan eigenlijk over dat ik meer wou weten over het muziekgenre, maar het is wat nieuws voor mij en niet iets wat ik snel zou luisteren.  

Het was voor mij een positieve ontdekking, want het opent zeg maar voor mij meer deuren voor muziek en het heeft wel mijn interesse getrokken.  

Fase 4: Er is niet echt iets dat ik anders zou doen.  
 
Fase 5: Er is niet echt iets dat ik anders zou doen.  

Cabaret:  
 
Fase 1: Wat ik wilde bereiken is het schrijven van een tekst naar het cabaretgenre die ik heb uitgekozen om zo de opdracht goed uit te kunnen voeren.  
 
Fase 2: Wat er met mij gebeurde was gewoon dat ik heel veel van mijn creativiteit gebruikte om de tekst te kunnen schrijven. Wat ik deed was eerst een onderwerp verzinnen, en daarna zo eromheen schrijven en zo een grappig verhaaltje vormen.  

Ik voelde me wel trots op m’n tekst toen ik hem af had.  

Fase 3: Mijn antwoorden bij fase 1 en 2 gaan vooral over hoe ik het verhaal heb geschreven en wat ik erbij voelde. Het is voor mij een positieve ontdekking, want ik vond het best leuk om zo’n grappig verhaal te schrijven en dat dan aan de docent te kunnen laten zien.  
 
Fase 4: Er is niks dat ik anders zou willen doen 
 
Fase 5: Er is niks dat ik anders zou willen doen 

Spotprent:  
 
Fase 1: Wat ik wilde bereiken met de spotprent: was dat ik een boodschap van verschillende problemen op de wereld wou meegeven aan de lezer door middel van een tekening.  

Fase 2: Ik wilde de spotprent op een zo creativiteitten manier overbrengen, maar ook op een manier waarbij de lezer erbij snapt waarom ik ook die spotprent heb gemaakt.  

Wat ik deed was een tekening maken, daarin heb ik alle onderwerpen getekend en zo erin verwerkt. Ik dacht dat het een heel leuk en origineel idee was, want niemand had hetzelfde als dat ik had. Ik voelde me wel trots op m’n tekening, want zelf vond ik het mooi en goed gelukt en ook de boodschap werd goed overgebracht.  

Fase 3: De antwoorden uit fase 1 en 2 zijn wat ik met de spotprent wil bereiken en hoe ik me erover voel. Ik wilde een leuke maar ook een goede spotprent met een duidelijke boodschap.  

Fase 4: Er is niks dat ik anders had willen doen 
 
Fase 5: Er is niks dat ik anders had willen doen 

Dans:  

Fase 1: Wat ik wilde bereiken is de dansvideo informeren en zo de opdracht maken.  

Ik wilde letten op of ik wel goed de video goed verwerk in informatie.  

Fase 2: Wat er met mij gebeurde was vooral verwarring, want ik heb zelf niks met dansen dus het was wel lastig om die opdracht te maken. Ik wist niet precies wat de dans nou precies betekende.  

Fase 3: De antwoorden uit fase 1 en 2: is eigenlijk dat ik de opdracht probeer te maken, maar het alsnog wel lastig voor me was omdat ik niets heb met dans. Het was een probleem ontdekking, want zoals ik al zei was het niet de meest soepele opdracht om te maken voor mij.  

Fase 4: Wat ik beter kon doen was meer info halen van andere bronnen om zowat meer kennis op te bouwen over dans.  
 
Fase 5: Wat ik concreet anders ga doen nu: is dat als ik onbekend ben met het onderwerp, dat ik dan probeer om meer informatie op te bouwen zodat ik het een beetje begrijp.